Verslag

"Barra! - Barra!" Een reis naar het land van Ghadaffi

Libie is een land dat bepaald niet tot de verbeelding spreekt als het om vakantie vieren gaat. Een land waar maar weinig mensen aan denken als het om vakantieplanning gaat. "Het is er gevaarlijk!", "De bevolking is anti westers". Niets is echter minder waar. Libie is veel veiliger dan de meest omringende landen. Ontvoeringen zoals in Algarije zijn niet aan de orde en bomaanslagen op toeristen zijn er niet. De reis die wij met een groep van 19 man/vrouw gemaakt hebben voerde vanaf de kust diep de woestijn in. Hieronder proberen we een beeld te geven van het land.

In Tripoli
Wat meteen al opviel toen we op de eerste dag door het oudse centrum van Tripoli liepen was dat mensen veel belangsteeling voor ons hadden maar niet op ons geld uit waren.De gids voerde ons door allerlei nauwe straatjes van de medina, het oude centrum. Het was echter vrij eenvoudig om even een winkeltje binnen te gaan en rond te kijken. Soms vroegen mensen waar je vandaan kwam en wilden ze met je op de foto. Kinderen waren bijzonder nieuwsgerig. We hebben een moskee bezocht (uiteraard schoenen uit en voor de dames een hoofddoek om) en bezochten een huis waarin de harem van een hogere legerofficier woonde.Ook een bezoek aan het tripoli museum was de moeite waard. In de entree hal hangt de revolutie rede van Ghadaffi en een eindje verderop staat zijn Volkswagen Kever, waarmee hij is binnengehaald. Het museum omvat verder een chronologisch overzicht van de Libische historie met als hoogtepunt alle vondsten van Leptis Magne en Sabrata.

 De woestijn in
Vanuit Tripoli zijn we 's Middags naar Gharyan gereden om de tocht naar het zuiden wat in te korten. We zijn na aankomst nog even de stad ingelopen en kwamen daar ook weer een hoop nieuwsgierige mensen tegen en nog iemand die ons vol trots zijn reisburo heeft laten zien.

De volgende ochtend zijn we verder gereden. Een lange dag lag voor de boeg want om in Waw an Namus te komen (waar we de zonsverduistering gingen zien) moest twee dagen gereisd worden waarvan 1 dag door de woestijn. In Timisa maakten we kennis met onze crew, 6 schauffeurs en een aantal koks. Zij hebben ons de navolgende tien dagen vergezeld door de woestijn. Omdat een aantal engelse dames in Timisa pannen hadden gekregen zijn zij met ons meegereist naar Waw an Namus.

Een lange rit volgde en we waren nog geen tien minuten de zandwoestijn in of we zaten al vast in het zand. Dankzij de chauffeur en enkele kundige collega's waren we na een kwartier weer los. Even verderop brak de achterruit en moesten we de tocht voortzetten met een matras als achterruit.

Waw an Namus
Volgens de Lonely planet gids is dit een van de meest verlaten plaatsen op aarde. Per jaar komen er minder dan duizend toeristen. 's Avonds kwamen we aan op Waw al Namus, een zeer indrukwekkende caldera. De krater heeft een omtrek van 12 kilometer en een doorsnee van 4 km. Omdat Theo al buitenom naar de zuidoost rand was gereden was hij even zoek en hebben wij de nacht aan de voet van de vulkaan doorgebracht. Voorzieningen zoals douche en toilet zijn er in de woestijn niet zodat een flink beroep gedaan moest worden op de flexibiliteit van de reizigers. 's Avonds werd er muziek gemaakt, een van de chauffeurs had een Ud (een soort luit) bij zich en enkele benzine bussen deden dienst als percussie instrumenten. Onze minstreel bleek uiteindelijk lid van een Libische Folk groepwaarvan in Tripoli CD's verkrijgbaar waren. De volgende ochtend vroeg zijn we naar de uiteindelijke lokatie gereden.

Het uitzicht over de krater was werkelijk adembenemend. Een enorme weidsheid die bijna niet te beschrijven is. De grons was bedekt met een zwarte aslaag met daaronder geel zand. Het was bijna zonde om er te lopen of te rijden. Even was nog overwogen om door te rijden naar de centrale lijn maar we waren heel blij dat we dat niet gedaan hebben.

De eclips
Omdat niemand precies wist wanneer de verduistering begon (In Jalu om 11h10, volgens Fred Espanak), zaten we om kwart over tien al klaar. Ons geduld werd op de proef gesteld maar om 10h56 werd het eerste hapje toch zichtbaar.  Opvallend was dat al bij 45 tot 50 % een aantal mensen in de groep zagen dat het licht afnam en de schaduwen scherper werden. Langzaam schoof de maan verder De toch al zwarte omgeving begon een dreigend aanblik te krijgen en ongevbeer 15 minuten voor totaliteit werd Venus gezien.

Tijdens de gehele verduistering voerde de meegereisde gidsen moslim gebeden op zoals voorgeschreven door de Koran. Vijf minuten voor de totaliteit begon de omgeving echt snel donker te worden. Tegerlijkertijd schrompelde het zonnensikkeltje ineen totdat het laatste beetje licht als een diamant schitterde. Toen viel de duisternis. Wat me opviel was dat het veel minder donker was dan bij de eclips van 2001. Waarschijnlijk heeft dit twee oorzaken gehas: meer weerkaatst licht vanaf de grond (het gele zand rond Waw al Namus weerkaatst meer zonlicht dan Bomen etc.) en de hogere zonnenstand (66 tegen 32 graden in 2001). De corona had een heel afgeplatte vorm maar was volgens mij nog geen Zonnenvlekkenminimum - corona. Hij was namalijk niet volledig symetrisch maar wel heel erg indrukwekkend. Omdat we bij lange na niet op de centrale lijn stonden, was de horizon naar het NW duidelijk lichter dan naar het ZO (waar de centrale lijn lag).

Natuurlijk was na de totaliteit eigelijk de show voorbij. Theo gaf vlak na de totaliteit nog was interviews (o.a. aan Radio 538  en Radio Noord). Ongeveer na een 45 minuten wordt de lunch geserveerd.

Naar Murzuk
Vanaf Waw al Kabir was het anderhalve dag rijden naar Murzuk waarvan een dag weer door de woestijn. In Waw al Kabir werden de tenten weer opgezet maar nu was er wel een douche (in de naburige herberg) beschikbaar. Een prachtige avond met veel (telescoop) kijkplezier volgde.

De volgende dag werd verder gereden en in Timisa werde de 4WD gerepareerd en voorraden ingeslagen. Daarna namen we afscheid van onze engelse vriendinnen en reden na een lange siesta door naar Murzuk. Daar aangekomen bleken ook hier een Campings te zijn dus een nacht in het vrije veld wachtte ons. Die avond was fraai de 32 uur jonge maan te zien. Ook bleek, op aangegeven van Nabil (onze woestijngids) het ons voorgeschotelde programma onuitvoerbaar te zijn. Er werd een alternatief programma aangenomen waarin Ghat kwam te vervallen maar de oude monumenten van Murzuk en Germa nu uitgebreider aan bod kwamen. Ook stonden we vanaf nu op campings waardoor de reis voor een aantal mensen aangenamer werd.

De volgende dag bezochten we het oude kasteel van Murzuk. Een fraai geelbruin zandstenen complex met een moskee, een marktplein, een paleis en stallen. Hierna reden we in ongeveer twee uur naar Germa, waar tot onze grote verassing huisjes gereserveerd waren (dit waren in feite stene hutjes met electra maar zonder douche en toilet, die stonden in twee gebouwtjes op het terrein. Erg lux vergeleken de voorgaande dagen.

Germa
Germa is een oude stad Vanaf de straat is er niet veel van te zien maar ongeveer 1 km naar het noorden ligt de oude stad Garama die meer dan 2000 jaar oud is. Resten van kastelen en (later) gbouwde moskeeen zijn er te zien. Ook is een aantal huizen gereconstrueerd. In het museum zijn vonsten uit Garama en het Akakus gebergte te zien.

Het Akakus gebergte
Door naar Al Aywinat waar we twee nachten zouden gaan doorbrengen. Omdat de plaatselijke camping geen plaats voor tenten had werden (na wat gekrakeel) opnieuw huisjes gereserveer. De gids vondt dat wel duur maar gezien de algemende prijsstandaard in Libie viel 15 LD per nacht per persoon (Volgens de Lonely Planet) toch wel mee.

De volgende dag hebben we de hele dah doorgebracht in het Akakus gebergte, een werkelijk pracht woestijn gebied met heel grillige rotsstructuren. Het is een Walhalla voor de sedimentoloog met kleurige gelaagdheid, fossielen oude rivierafzettingen en vreemde erosie- en verweringsverschijnselen.

Als klap op de vuurpijl waren overal in het gebied plaatsen waar prehistorische gravures van ongeveer 10.000 jaar oud, en schilderingen van ongeveer 6000 jaar oud te zien. Niet zo gek dat dit gebied op de UNESCO erfgoed lijst staat. De volgende dag reden we terug naar Germa om, na het bezichten van een verlaten woestijndorp vlakbij de camping door te trekken naar de Ubari duinen.

Ubari duinen
De Ubari duinen voldoen aan elke stereotype beeld wat men zich kan voorstellen van een woestijn. Een zandbak van enkele honderden kilometers lang en breed. Zandduinen zover het oog reikt met af en toe een bosje of een oase. Het was dan ook geen wonder dat we in deze zandzee ons kamp weer gingen opslaan. 's Avonds werd er een feestje gebouwd met traditionele muziek en dans.

Een aantal mensen waaronder ondergetekenden besloten om de nacht in de open lucht door te brengen. Van slapen is niet veel gekomen maar omhoogkijken naar die duizenden - tienduizende sterren, is dat een ervaring om nooit te vergeten!.

De volgendedag zijn we naar de Ubari meren gereden om te zwemmen in het Gebraoun meer. Deze voldoet ook al aan het beeld van een oase, een meertje met eromheeb riets, vetplanten en palmbonen, een zeer idyllisch plaatje. Het water zelf was zo zout dat iedereen blijft drijven. Ook was het water dieper dan 1.5 meter veel warmet (bijna heet!) dan aan de oppervlakte.Een duik in het meer betekende niet alleen dat je een zoutlaag op de lichaam kreeg maar ook meteen ontsmet was.

Terug naar Tripoli
Het einde  van de dag reden we terug naar Sebha en de volgende dag terug naar Tripoli.Hier wordt op verzoek van iedereen het programma opnieuw omgegooid. In plaats van Benghazi hebben we Leptis Magna en Sabrata bezicht. Een lange rit door de woestijn herrinnerde ons er weer aan dat de bewoonde wereld inderdaad ver weg is. In Sebha namen we afscheid van de "woestijn crew".

Leptis Magna en sabrata
 Leptis Magne is een 1900 jaar oude romeinse stad en een van de best bewaarde een de Middellandse zee. Het bevat schittende badhuizen een Theater enkele byzantijnse basilieken en - even buiten de stad - een arena met plaats voor 12.000 man.

Sabrata, ook al een UNESCO erfgoed monument bevat een van de mooiste theaters, welliswaar gedeeltelijk gereconstrueerd door de italianen. De akoestiek was echter zo goed dat een fluisterend persoon midden op het toneel bovenin gehoord kom worden. Verder waren er prachtige mozaieken te zien.

Een etentje en een afscheidsfeestje in Tripoli maakte de reis compleet.